Van champignonbak tot fluitschip
Ooit reed Edwin ter Velde samen met zijn vrouw in een uit PET-afvalplastic geprinte Solar Voyager naar het zuidelijkste puntje van de aarde. Nu werkt hij vanuit zijn stichting Clean2Anywhere aan een replica van een 17e eeuws plezierjacht. Zijn ultieme doel is de bouw van een dertig meter lang VOC-fluitschip, dat van de kiel tot aan de zeilen zal bestaan uit afvalplastic. “Het is baldadig wat we hier doen, maar er zit wel degelijk een volwassen fundament onder. We gaan een rederij oprichten en internationale vracht varen.”
Het opzienbarende project vindt zijn oorsprong in een simpel champignonbakje. “Mijn vrouw Liesbeth was thuis aan het koken toen mijn oog op dat lege bakje viel”, zegt Ter Velde, terwijl hij koffie inschenkt in de bezoekersruimte van zijn scheepswerf in Hoorn. “Ik dacht: waarom gooien we zoiets eigenlijk weg? Eerst was het waardevolle grondstof. Je kon er mooie dingen van maken. Je wilde ervoor betalen om het in eigendom te krijgen. En zomaar is het waardeloos, terwijl er geen molecuul in het materiaal is veranderd. Dat is bijna krankzinnig te noemen.”
Edwin ter Velde: “Laten we een nieuwe Gouden eeuw creëren, maar nu in harmonie met de natuur en met elkaar. Duurzaam en inclusief.”
180 graden anders
Terwijl er in de Nederlandse kunststofindustrie en elders in Europa grote vooruitgang wordt geboekt om zoveel mogelijk plasticafval te recyclen, eindigt het elders in de wereld nog massaal op de stort of erger nog, in de oceaan. Ter Velde wilde zijn technische achtergrond en zijn overtuiging dat gebruikt plastic waardevolle grondstof is, combineren tot iets geheel nieuws. “Iets waardoor ik zou gaan opvallen, het liefst internationaal. Maar hoe? Daar kwam ik niet uit. Op een dag zat ik op mijn bootje wat te mijmeren. Ik schrok wakker uit die mijmeringen en keek op mijn kompas. Daar stond het: 180. Ik moest 180 graden anders denken. 180 graden anders … dat is Zuid!”
Enkele jaren later reed hij met zijn vrouw in de Solar Voyager naar het zuidelijkste puntje van Antarctica. Het leverde hem grote internationale media-aandacht op. Datzelfde hoopt hij nu te bereiken met zijn replica van een 17e eeuws fluitschip, het paradepaardje van de VOC in die tijd. Maar zo ver is het nog niet. “Het fluitschip kunnen we nog niet bouwen. Nog nergens in de wereld is men in staat om voor mij de kielbalk te extruderen van de afmeting die ik nodig heb, tussen de 50 en 60 centimeter hoog en 40 centimeter breed. Ook de mast is nog niet te maken. Een mast is eigenlijk de naakte waarheid: een stok die in de lucht staat met alleen een paar lijntjes eromheen. Als ik die mast nu van gerecycled plastic maak, wordt het een slappe stengel waar ik nog geen vlag in kan hangen.”
Laad- en losbootje
Om ervoor te zorgen dat zijn fluitschip eenmaal te water niet meteen naar de bodem zinkt, moet het gerecyclede plastic dezelfde stijfheid hebben als hout. Ter Velde besloot om hiervoor al experimenterend de kennis op te doen. “Laat voor nu dat grote fluitschip maar varen, heb ik gezegd, we gaan struikelend de toekomst in. We beginnen gewoon met iets kleins: één van de originele laad- en losbootjes van het schip. We wisten dat we het gerecyclede plastic meer dan tien keer moesten verstijven, wat bijna kansloos is. Maar hoe verder in het proces van die bijboot, hoe meer de constructie voor de benodigde stijfheid zorgde. De constructie loste het probleem dus min of meer vanzelf op.”
Ter Velde doet samen met zijn partners verder materiaalonderzoek, zoals met vezelversterkt afvalplastic. Deze partners komen onder meer uit de plasticindustrie, zoals kunststofverwerkers en -recyclers. Het materiaal wil Ter Velde in combinaties gaan beproeven in het 17e eeuwse plezierjacht dat nu op zijn werf in aanbouw is. Pas als zijn experimenten de gewenste resultaten hebben, dan begint hij aan het fluitschip. “Op de aluminium elektrische reserve-aandrijving na zal ook dit schip volledig uit afvalplastic bestaan. De planken en balken, touwen, blokken, het beeldhouwwerk… eigenlijk alles wat toen van hout werd gemaakt. We willen zelfs gaan proberen om energie op te wekken met de zeilen, uiteraard ook van afvalplastic.”
Nieuw bouwmateriaal
Voor Ter Velde is het fluitschip veel meer dan een ‘knotsgek experiment’, zoals te lezen is op de website van zijn stichting. “We gaan een rederij oprichten en willen echte internationale vracht gaan varen. De eerste drie orders zijn al binnen. Maar dat niet alleen. Als ik door de certificering van het schip heen ben, dan hebben we een serieus toepasbaar materiaal ontwikkeld voor de scheepsbouw, bouw en infra. Het is baldadig wat we hier doen, maar er zit dus wel degelijk een volwassen fundament onder. We zijn gewoon concreet bezig met het genereren van circulaire business.”
Strandjutters, jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt, partijen uit de kunststofindustrie en enkele ‘bootjesgekken’: op de werf van Edwin ter Velde in Hoorn wordt hard gewerkt aan het ultieme doel: een zeewaardige replica van een 17de eeuws fluitschip.
Er zullen vast mensen zijn die Ter Velde voor gek verklaren. Daar trekt hij zich weinig van aan. “Om iets nieuws te ontwikkelen moet je van de gebaande paden af. Kijk maar naar de zeventiende eeuw. Destijds was er in Europa een enorm tekort aan voedsel. Dus keek men achter de horizon of ze daar iets konden vinden. Achter de horizon… de wereld kon wel plat zijn! Weet je hoe ongemakkelijk dat is? Met zijn allen op een bootje op een zee die nogal dreigend is? En dan? Nou, dat laat die zeventiende eeuw zien. In een paar decennia van een absoluut drama in een Gouden eeuw. Laten we een nieuwe Gouden eeuw creëren, maar nu in harmonie met de natuur en met elkaar. Duurzaam en inclusief. Want om de circulaire economie tot stand te brengen zullen we iedereen nodig hebben.”
Bij zijn project is een bont palet aan mensen betrokken, van jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt tot vrijwillige strandjutters en enkele ‘bootjesgekken’. “Dat er daarnaast zoveel partners uit de kunststofindustrie bij het project betrokken zijn, is natuurlijk geweldig. Maar we hebben nog veel technische uitdagingen. Iedereen die een bijdrage wil leveren, kan mij benaderen. Eén ding weet ik zeker: in elke haven die we met het fluitschip aandoen, zal het een enorme happening worden. Laten we er samen voor zorgen dat het schip er komt!”